Strijd om gengewas en biotechnologie

In het NRC Handelsblad van vrijdag 18 september 2009 schreef een journalist over het debat rond gentechnologie. Volgens de krant kan de burger er niet op vertrouwen dat de overheid werkelijk opkomt voor het belang van zijn burgers, en al evenmin dat de wetenschap zuiver is. Grote gentechnologie-bedrijven voeren een lobby die machtiger is dan mogelijk lijkt.

Het artikel behandelt recente boeken, waarin korte metten wordt gemaakt met het nut van genetisch gemanipuleerde gewassen. Het belangrijkste argument voor gen-gewassen is namelijk opbrengstverhoging. De redenering is dat de groeiende wereldbevolking vraagt om meer voedsel en dat alleen gengewassen in die behoefte kunnen voorzien. Maar het NRC schrijft: als biotechnologie tot dusver iets niet heeft opgeleverd dan zijn het wel grotere oogsten of andere voordelen voor de consument.

De belangrijkste genetisch gemanipuleerde gewassen zijn soja en mais. Wat het NRC daar niet bij vermeldt, is dat deze gewassen vooral eiwitten opleveren voor veevoeder. De gentechnologie wordt dus niet (zeker niet rechtstreeks) ingezet voor voedselproductie voor mensen. De productie van vlees is weliswaar ook ten behoeve van menselijke consumenten, maar zoals iedereen weet, is het produceren van een kilo vlees veel minder efficient dan het produceren van een kilo soja, of mais.

Een puntje dat ik ook in het artikel tegenkwam, is de stelling dat boeren door de biotechnologie-bedrijven gedwongen worden om ieder jaar opnieuw zaad te kopen. Het NRC schrijft: een boer die overstapt op gengewassen zal namelijk wegens het octrooirecht elk jaar nieuw zaad moeten kopen. Een deel van de oogst achterhouden als zaaigoed staat de industrie niet toe. Is de opmars van het gengewas daarmee gevaarlijk voor boeren?

Wat Europa betreft, geldt de regeling van de Europese Biotech-richtlijn (in Nederland opgenomen in de Rijksoctrooiwet). In de richtlijn is een speciaal artikel (artikel 11) opgenomen voor boeren, het zogenaamde Farmer’s Privilege. Artikel 11 van de richtlijn geeft boeren het recht hun eigen zaden te gebruiken in hun eigen bedrijf. Dat geldt ook voor het nageslacht van genetisch gemanipuleerde dieren. Maar ze mogen deze zaden (of dieren) niet verder verkopen of verhandelen. Het Farmer’s Privilege is dus maar beperkt nuttig.

Overigens is het natuurlijk mogelijk dat biotech-bedrijven bij de verkoop van hun zaden een licentiecontract sluiten met hun afnemers, waarin iets anders is afgesproken. Als dat het geval is, is het waar wat de krant schrijft.

Het debat is maar ten dele juridisch, dus ik zal er hier geen standpunt over innemen. Laten we het er op houden dat er ook nadelen verbonden zijn aan biotechnologie… Wie meer wil weten, vindt HIER, HIER en HIER nuttige informatie.

Over krachtblog

Advocatenkantoor in Amsterdam, gespecialiseerd in Intellectuele Eigendom en effectieve procedures.
Dit bericht werd geplaatst in Maatschappij, Octrooirecht en getagged met , , , , . Maak dit favoriet permalink.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.